
Don’t cry daddy
Eén van mijn naarste jeugdherinneringen is dat ik mijn vader zag huilen. Ik wist waar het over ging. Maar die tranen brachten me van mijn stuk. En hadden uiteindelijk een nog veel grotere impact dan ik toen had kunnen vermoeden.
Zelfstandig
Op spannende (of moeilijke of verdrietige) momenten in mijn leven nam ik al snel een houding aan van ‘Laat mij maar, ik red me wel’. Ik was de sterke Betty die het wel alleen afkon. Hulp vragen? Dat was echt niet nodig. En daar was ik nog best trots op ook. Zo’n zelfstandig kind / zelfstandige vrouw, daar had je geen omkijken naar.
Vermijden
Totdat ik leerde over hechting. En dan met name onveilige hechting. Kinderen van wie een ouder vaak afwijzend of weinig sensitief reageert gaan zich al vroeg volstrekt zelfstandig gedragen. Niet vanuit een oprechte zelfstandigheid, maar vanuit een angst om teleurgesteld te raken. Een onveilige-vermijdende hechting heeft dit veroorzaakt.
Begrip
Als Elviskind was ik me al heel jong bewust van het verdriet van mijn vader om zijn overleden zoon. Ik kon het hem dan ook niet kwalijk nemen dat hij emotioneel niet beschikbaar was. Want dat begreep ik wel. Zijn enige zoon had hij verloren en dan komt er nog een kindje en is het wéér een meisje.
Onrecht
Ondanks dit begrip ben ik me in de loop der jaren wel gaan realiseren dat dit lot mij ook onrecht heeft gedaan. Want ik ben natuurlijk nooit in staat om het verlies van mijn broertje goed te maken. Dat kan – en mag – ook niet mijn rol in deze wereld zijn. Ik zou mijn eigen unieke zelf moeten mogen zijn. Maar dat blijft een voortdurende zoektocht die ook wel individuatie wordt genoemd.
Leerproces
Wat ik te leren had was om het niet alleen te doen. Om hulp te vragen. Me zonodig kwetsbaar op te stellen. En dat leerproces gaat nog altijd door. Bijna dagelijks nog loop ik tegen mijn oorspronkelijke neiging op en weet ik meteen dat het anders mag en kan. Een levenlang leren. En een wereld te winnen.